Kuta 11 Augustus 2012
11 Augustus 2012 | Indonesië, Kuta
Het is zaterdag en vandaag doen we het kalm aan. Het weer is prachtig, de mensen vriendelijk, het zwembad aanlokkelijk dus wat willen we meer..
Ongewild gaan we Java en Bali met elkaar vergelijken. Het lijken twee verschillende werelden alhoewel er maar vijf kilometer water tussen stroomt en beide tot de republiek Indonesië behoren. De mensen op beide eilanden zijn bijzonder vriendelijk en ongekend gastvrij. Toch heeft Bali onze lichte voorkeur en dat heeft zonder twijfel te maken met de mystieke sfeer, de rituelen en de vele tempeltjes.
Ons hotel ligt tussen het strand en een belangrijke winkelstraat. In ons hotel is het bijzonder rustig. De winkelstraat kent van vroeg tot laat een bedrijvigheid die sterk doet denken aan vakantieoorden in Spanje, Grielenland en Turkije. Inclusief verkoopkraampjes bemand met opdringerige verkopers die je het liefst de kraam in willen trekken. Geef je daaraan toe dan begint even later het door ons zo verguisde afdingen waarbij je steeds het idee hebt dat we onszelf of die verkoper met zijn gezin tekort doen. Nee, onze souvenirs kopen we in de supermarkten want daar is men niet opdringerig en gelden vaste prijzen.
Tussen de kraampjes staan de restaurants waar je, net als in het hotel, met alle egards en met ongelooflijk veel respect behandeld wordt.
Dat respect vind je ook terug in het drukke verkeer. De meest waanzinnige inhaalmanoeuvres lopen goed af omdat er rekening met elkaar gehouden wordt. Tegenliggers remmen af net zoals de auto’s, brommers en motoren die ingehaald worden.
Het inhalen wordt steeds aangekondigd met kort claxonneren. Agressief getoeter en opgestoken middelvingers zijn we nog niet tegengekomen. De politie bemoeit zich nauwelijks met het verkeer. Dat wordt overgelaten aan securitymensen en bewoners die, als dat nodig is, het verkeer gaan regelen en van wie de aanwijzingen zonder morren opgevolgd worden. Voor ons was dat een openbaring. De eerste dagen op Java hebben we doodsangsten uitgestaan in het verkeer, ook omdat men in Indonesië links rijdt, wat de situatie voor ons, notoire “meerijders”, nog onoverzichtelijker maakt.
Voor ons is het wel duidelijk dat we voor het echte Bali de stad uit moeten. Weg uit het toeristencentrum waar KFC, de Mac Burger King en Pizza Hut het echte Bali dreigen te verdrijven.
Net na vieren hebben we vanmiddag nog even een strandwandeling gemaakt richting vliegveld. Het belangrijkste vliegveld van Bali, Denpasar (DPS), ligt op een viertal kilometers van ons hotel en de banen zijn vanaf het strand goed te zien. Op een afstand van een kilometer hebben we onze reisgenoten uitgezwaaid, die vanmiddag alweer naar Nederland vertrokken zijn. Veel te vroeg, want zij hebben nog nauwelijks iets van het echte Bali gezien.
Of zij ons vanuit het vliegtuig gezien hebben, wagen we te betwijfelen, maar wij vonden het opstijgen van hun toestel een machtig gezicht.
Nog maar een paar dagen Bali, de tijd vliegt, maar wij hebben het idee alsof we al zes weken onderweg zijn. Dat zal wel komen door al die geweldige indrukken die we op Java en hier op Bali opgedaan hebben.
Morgen gaan we de binnenlanden in.
Tot morgen!
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley